Vandaag de dag hoor je veel mensen over een burn-out. De voornaamste dingen die ik erover lees zijn dat mensen moe zijn en niets willen, gepaard met paniekaanvallen. Maar: er zit zeker meer achter dan alleen die dingen. Deze week wil ik jullie een kijkje geven in mijn opbranding en wat er allemaal omheen gebeurde.

Waar ging het mis?

Voordat ik mij ziekmeldde bij mijn werkgever, vond ik dat ik het allemaal wel aankon. Extra werken, veel druk van de managers en conflicten op de werkvloer. Daarnaast wilde ik mijn PTSS laten voor wat het was, ik was het aan het negeren. Dat, dat nog aan het pushen was had ik dus niet eens door. Ja, ik was altijd moe en moest moeite te doen om vrolijk te doen, maar ik dacht dat het gewoon een fase was. Dus naast mijn 32 uur contract, werkte ik vaak nog een dag extra of werkte ik een paar uurtjes over.

De dagen voorafgaand aan mijn afspraak met de huisarts heb ik veel getwijfeld: moet ik wel of niet gaan? Ik voelde me een zwakkeling. En zelfs toen ik die dinsdag in de wachtkamer zat, wilde ik nog weglopen met het gevoel dat ik me aanstelde.

Toen ik binnengeroepen werd, sprak ik mezelf toe: “je doet je verhaal, zonder te huilen en je gaat er niet mee akkoord als ze vindt dat je een pauze moet nemen!” We gingen aan tafel zitten. Ik vertelde dat ik gewoon even mijn gevoelens wilde delen en dat ik het gevoel had dat zij de juiste was om mijn verhaal bij te doen. Na nog geen 3 minuten kan ik mijn tranen niet meer bedwingen. Mijn huisarts zegt mij dat ik mij echt ziek moet melden. Ik ga er niet eens tegenin. Ik bel mijn werk en met lood in mijn schoenen vertel ik dat ik een tijdje thuis zal zijn.

De eerste week wil ik niets, huil ik veel en voel ik me het meest nutteloze wezen op aarde. Er komt veel op me af, maar ik sla niets op. Ik weet dat er allemaal gesprekken aan komen, maar daar ben ik helemaal niet mee bezig. Boeken lezen lukt me niet, het huishouden kan me gestolen worden en ik wil me verstoppen zodat niemand me zo ziet.

Stap één

Het gesprek bij de GGZ. Met lood in mijn schoenen ga ik het gesprek aan. Van het gesprek is me echter niets bijgebleven, ik herinner mij alleen hoe ze eruitzag. Ik vond het vooral tijdverspilling: uitrusten is een beter tijdverdrijf, ik ga binnenkort toch weer aan het werk. Wat ik nog wel goed kan herinneren is dat ik thuis als een blok in slaap viel, het gesprek was dus toch intensiever dan verwacht.

Stress! Heel veel stress! Want wat nu?

Zonder dat ik het doorheb gaan de eerste weken voorbij. Al snel volgt ook de uitnodiging van de Arboarts. Mijn eerdere ervaring met de bedrijfsarts was een ramp en ik ben bang dat dit een herhaling wordt van toen.

Gelukkig ging dit gesprek helemaal anders en gaf zij aan dat ik mijn klachten serieus moest nemen. In haar rapport kwam het volgende te staan: minimale tijdsduur van uitval is 2 tot 3 maanden. Tijdens dit gesprek raadt de bedrijfsarts mij aan om me te melden bij een psycholoog: haar collega, waarmee zij nauw samen werkt, zodat zij mij samen kunnen helpen.

Ik ga akkoord en de eerste afspraak volgt snel: heel veel zenuwen en tegenzin gieren door mijn lijf. Het gesprek is onwennig en emotioneel verwarrend. Ik doe mijn verhaal, alsof het niet de mijne is, zoals ik al jaren doe. De psycholoog biedt mij een assertiviteitstraining aan en die pak ik aan. En daar heb ik zo vreselijk veel spijt zodra ik de deur dichttrek! Maar teruglopen en het weigeren doe ik ook niet. Dat durf ik ook weer niet… Hierdoor ben ik weer weken van slag, dit wil ik niet! 

Tussen de afspraken door

Schaamte, één van de emoties die ik constant voel. Ik wil niet dat mensen om mij heen weten dat ik een burn-out heb. Met mijn ouders en familie praat ik wel, maar verder wil ik het er niet over hebben. Doordat ik nergens energie voor heb, voel ik mij ook echt vreselijk nutteloos. Huishouden gaat niet, met vrienden afspreken doe ik niet en naar buiten gaan doe ik alleen als het echt moet. Helaas gaat dit samen met veel onbegrip. Mijn toenmalige partner vond een burn-out een modeverschijnsel en onzin. Het huishouden was volgens hem niet zwaar (elke dag iets doen kan makkelijk) en probeer binnenkort maar weer een paar uurtjes te gaan werken, zal goed voor je zijn!

Stap voor stap vooruit

De assertiviteitstraining ging goed, zonder dat ikzelf verbetering zag, waren anderen zeker wel onder de indruk. Inmiddels zat ik ook bij PsyQ, druk met therapie, en daar viel het de mensen om me heen ook op. Ik kwam meer voor mezelf op en durfde meer los te laten. Maar ondertussen voelde ik mezelf nog steeds erg moe en kon ik maar niet accepteren dat het was zoals het was. De Arboarts had van de “3 maanden afwezigheid” al “langdurig proces” gemaakt. Het contact met mijn werk was erg slecht. Ik belde naar mijn werkgever voor updates, maar hijzelf vond het waarschijnlijk niet belangrijk. Dat zorgde ervoor dat ik inzag dat ik dit echt goed moest doen, voor mezelf. En als het dan langdurig afwezig zou worden, jammer dan.

Met dit besef merkte ik zelf eindelijk verandering. Ja, ik was nog steeds moe, maar sprak met mijzelf af dat ik elke dag even naar buiten zou gaan. Boodschappen deed ik dan ook per dag, zodat ik wel moest. Ook ging ik meer doen met vrienden en werd opener over wat me was overkomen. Het begrip kwam van mijn familie, die hebben mij gesteund waar mogelijk. Ik ben ze zo dankbaar!

Geen contract verlenging

Mijn werkgever zette me op straat toen mijn contact af liep. Vanaf dat moment was ik mijn doel kwijt en ook de zin om hard te werken. Alles bij elkaar zorgde ervoor dat ik een uitvlucht zocht. Drank. Ik dronk iedere dag een flesje wijn, minimaal. Bij het UWV word ik volledig afgekeurd en kom ik officieel in de ziektewet met uitkering. Vreselijk! Ik voelde me steeds slechter en besloot met mijn moeder te praten. Ik ben eerlijk geweest over het drinken, de worstelingen die ik vanbinnen had en hoe nutteloos ik me voelde. Er waren goede dagen, maar ook diepe dalen. Dan leek het alsof ik weer volledig terug bij af was. Mijn vriendinnen liet ik bijna niets weten, ik was klaar met mijn negativiteit delen. Gelukkig kreeg ik goed advies van mijn moeder in verband met mijn vriendschappen en hebben we afgesproken dat ik een opleiding moest zoeken, met financiële hulp van haar.

Nadenken over je toekomst

Zogezegd, zo gedaan. Stoppen met drinken, informatie boeken opvragen van school en hard nadenken. Na een aantal maanden zakt het schaamtegevoel van de burn-out en krijg ik een idee wat ik wil gaan doen. Zo ga ik bij mijn opticiën langs om te praten, misschien is dit wel iets voor mij. Na een superleuk gesprek en een aantal dagen meekijken op de werkvloer besluit ik een afspraak te maken op school. Daar ben ik eerlijk over de situatie en we kijken samen naar de mogelijkheden betreft het invullen van mijn studie. Met deze informatie (en de toelating van de opleiding!) ga ik weer naar het UWV maar zij doen moeilijk. Eigenlijk willen ze me nog een jaar afkeuren.

Hoe dat allemaal gegaan is, en hoe het nu gaat, vertel ik jullie volgende week!

Het nummer is van Racoon – Almost made it.

Vergeet niet over je burn-out te praten, dat is heel belangrijk zodat de mensen om je heen weten wat er aan de hand is. Als mensen negatief reageren zegt dat meer over hun dan over jou, hou dat in gedachte!

 

Liefs, Renée

Share this post! If this post was insightful for you, share it with your loved ones so that they can better understand what you are going through.
Deel dit artikel! Als dit artikel voor jou inzichtelijk was, deel het dan met je omgeving - laten we het samen hebben over mentale gezondheid.

Vond je dit artikel nuttig? Laat het ons weten

Renée

Ervaringsdeskundige op het gebied van PTSS, burn-out, persoonlijkheidsproblematiek en eetstoornis. Als ik door mijn verhaal te vertellen één persoon kan helpen, ben ik al tevreden!

Related Posts

Gerelateerde berichten

NiceDay is een Softwareaanbieder voor Geestelijke gezondheidszorg en welzijn

NiceDay is een Softwareaanbieder voor Geestelijke gezondheidszorg en welzijn